Overslaan en naar de inhoud gaan
‘Zat het snor’?

‘Zat het snor’?

De Redactie

One cat leads to another

04/09/2020

In ‘Zat Het Snor?’ vertelt historicus Erik Aerts de geschiedenis van kat en mens in de Lage Landen. Tussen het schrijven door bekommerde hij zich om een zwerfkat, die hij meer tien jaar geleden onder zijn hoede nam.

Erik Aerts: “Ik heb haar en haar familie eerder bij toeval ontdekt op een verlaten stuk grond achter het toenmalige appartement van mijn vriendin. Het katje was het enige dier dat ik kon vangen en laten steriliseren. Haar moeder en twee broertjes zijn intussen al jaren verdwenen. Waarschijnlijk zijn ze gestorven, net zoals mijn zeven vroegere huispoezen die allemaal een grafje gekregen hebben in mijn wilde tuin.”

Heb je ze een naam gegeven?

“Ja, ze was het kakelnestje van de bende en wat kleiner dan haar broers. Kakelnestje is dan ook haar naam geworden.”

Heb je een band met haar?

“Er is zeker een band. Wanneer ik kan, rijd ik naar het verlaten terrein en roep ik haar. Met wat geluk hoort ze me en komt ze toegesneld. Ik geef haar dan voedsel en drank en wat affectie. Nadat ze gegeten heeft, blijft ze nog even in mijn buurt. Ze wordt graag gestreeld, maar heeft duidelijk angst wanneer ik haar oppak. Misschien nog een herinnering aan die keer dat ik haar in een bak stopte om haar te laten steriliseren.”

Je verzamelde 30 jaar lang informatie over katten en hun geschiedenis. Vanwaar die fascinatie? 

“Katten trekken mij al lang aan omdat het mooie, eigenzinnige en onafhankelijke wezens zijn. Tijdens het onderzoek naar mijn specialisatie (nvdr: economische geschiedenis), begon ik op een bepaald ogenblik informatie over hen te verzamelen. Pas toen een Leuvense collega een themanummer over dieren in de geschiedenis in een Nederlands tijdschrift moest coördineren, schreef ik een bescheiden artikel over ‘katten’. En omdat ik zoveel informatie had, rijpte het idee langzaam om alles in een boek te gieten. Kort na mijn emeritaat polste een bevriende uitgeefster of ik een kattenboek wou uitgeven. Zo ging de ballen aan het rollen en ik had ook eindelijk de tijd om er werk van te maken.”

Wie was je grootste inspiratie tijdens het schrijven?

“Dat was toch in de eerste plaats mijn soms fascinerende documentatie, de vele boeiende gegevens die ik aantrof op schilderijen, de onverwachte vondsten in toneelstukken en gedichten, de blijdschap om een regel in een dagboek of procesverslag. Al bleef de sympathie voor het dier een onbewuste constante tijdens het schrijfproces.”

‘Zat het snor’?

© Erik Aerts - aan de schrijftafel / lunch met Kakelnestje

Waarom een geschiedenis van kat en mens?

“Omdat ik een historicus ben en geen bioloog of zoöloog. Ik was dus slecht geplaatst om een soort handleiding te schrijven waarin je verhaalt hoe je op een ideale manier kan samenleven met je kat als huisgenoot, hoe je moet waken over de voeding, gezondheid, huisvesting en psychologie van je huistijger. Hoewel ik ook een opleiding filosofie achter de rug heb, voelde ik me evenmin voldoende voorbereid om ethische bespiegelingen neer te pennen over dierenrechten en kattenrechten in het bijzonder. Een historicus daarentegen wordt wel eens vergeleken met de reus in het sprookje van Klein Duimpje: ook hij komt toegesneld als hij mensenvlees ruikt. Ontrafelen hoe de verhouding tussen de mens en een vertrouwd huisdier in de loop der eeuwen is geëvolueerd en door welke factoren deze evolutie is veranderd, leek me een bijzonder boeiende uitdaging.”

Je geschiedenis begint pas bij de Romeinse tijd. Waarom ga je niet dieper in op de Egyptische geschiedenis van de kat?

“Daar zijn twee goede redenen voor. Eerst en vooral is de rol van de kat in de Egyptische periode al heel ijverig bestudeerd en ten tweede wou ik een originele invalshoek voor mijn boek, namelijk de kat in onze streken, in de Lage Landen. En haar geschiedenis begint bij de komst van de Romeinse galeien.”

Ik wou graag ontrafelen hoe de verhouding tussen de mens en een vertrouwd huisdier in de loop der eeuwen is geëvolueerd.
‘Zat het snor’?

© Sterck & De Vreese

Ben je met een bepaalde stelling aan je boek begonnen en heb je deze gaandeweg bijgeschaafd?

“Niet echt. Ik wist vaag uit mijn vertrouwdheid met andere aspecten van het verleden dat de kat vroeger lang niet altijd geliefd was en dat is jammer genoeg tijdens het schrijfproces bevestigd. Anderzijds moest ik snel mijn indruk laten varen dat de relatie tussen mens en kat een eenvoudig rechtlijnig proces was.”

Zijn er feiten die je verbaasd hebben of waarvan je van je stoel viel?

“Van mijn stoel vallen, is veel gezegd. Na veertig jaar studie van het verleden kijk je niet meer zo snel op van iets. Maar dat de kat op prijs werd gesteld in het kloostermilieu tijdens de vroege en volle middeleeuwen was voor mij een kleine en aangename verrassing. Onaangenaam was dan weer de vaststelling dat voor onze voorouders niet enkel de pels, maar zelfs het kadaver van de kat zijn nut had.”

Dat de kat op prijs werd gesteld in het kloostermilieu tijdens de middeleeuwen was voor mij een kleine en aangename verrassing.
‘Zat het snor’?

© Getijdenboek, Vlaanderen ca. 1300

Je bent emeritus professor economische geschiedenis aan de KUL, een katholieke universiteit. Is je boek een soort van genoegdoening aan de kat o.w.v. de wreedheden die de kerk in het verleden begaan heeft?

“Helemaal niet. Dat katholieke gedachtegoed is in onze moderne geseculariseerde samenleving ook aan de KU Leuven veel minder uitdrukkelijk aanwezig. Zo vind je de term ‘katholiek’ niet meer terug op de universitaire site of in officiële documenten. Bij mij heeft deze overweging alleszins op geen enkele wijze meegespeeld. Een historicus die schrijft om een al dan niet vermeende schuld in te lossen, vertrekt volgens mij niet vanuit een juiste invalshoek.”

Vanaf de middeleeuwen krijgt de kat etiketten zoals lui, ijdel, vals en wellustig opgekleefd. Kwam dit enkel door de invloed van de kerk?

“De kerk als belangrijk instituut met haar vooroordelen tegenover seksualiteit heeft daarbij ongetwijfeld een invloed uitgeoefend. Maar lang voordat de kerk de kat stigmatiseerde als symbool van wellust en liederlijkheid, bestond bij intellectuelen en onder het volk de overtuiging dat de vrouwelijke kat het symbool bij uitstek was van geslachtsdrift en vruchtbaarheid. Je zou zelfs kunnen beweren dat de kerk de kat in de diabolische hoek heeft geduwd omdat ze goed op de hoogte van die heidense opvattingen.”

Lang voordat de kerk de kat stigmatiseerde als symbool van wellust en liederlijkheid, bestond de overtuiging dat de vrouwelijke kat het symbool was van geslachtsdrift en vruchtbaarheid.
‘Zat het snor’?

© Rijksmuseum Amsterdam - Theodore Galle (1610)

Hoe komt het dat de Egyptenaren de kat op een standbeeld plaatsten en de middeleeuwers ze op de brandstapel gooiden?

“Tja, het zijn natuurlijk twee heel verschillende beschavingen met elk een eigen dynamiek. Overigens zou ik de tegenstelling niet willen opkloppen. Ook in het oude Egypte van de farao’s werden katten soms slecht behandeld en in sommige gevallen zelfs gedood terwijl katten in veel middeleeuwse kloosters werden omarmd. De Egyptenaren identificeerden de vrouwelijke kat met de godin Bastet, maar er was in die cultuur toch ook een grote dubbelzinnigheid. Zo zijn er magische spreuken bewaard waarin wordt uitgelegd hoe je een kat moet verdrinken om ze vervolgens als magisch object te gebruiken. In documenten over het dagelijks leven in het oude Egypte kom je bovendien nauwelijks iets te weten over katten (waarschijnlijk omdat er geen belastingen op betaald werden). Ongetwijfeld waardeerde de gewone Egyptenaar de kat omdat ze muizen ving, net als de middeleeuwse mens in onze streken. Kerkelijke intellectuelen bij ons veroordeelden de kat dan weer omdat ze wisten dat de kat in vroegere heidense culturen met vrouwelijkheid, seksualiteit en procreatie werd geassocieerd. Elementen die in de religieuze leefwereld van het oude Egypte absoluut niet als negatief werden ervaren.”

Je hebt ook over hekserij geschreven. Waarom werden ze geassocieerd met katten en is er een verband met de hedendaagse crazy cat lady?

“In alle heksenprocessen die ik heb bestudeerd, waren de beklaagden gewone, vaak kwetsbare vrouwen die het slachtoffer werden van burenroddels en vrouwelijke vooroordelen bij hun mannelijke rechters en beulen. Ze werden niet alleen met katten geassocieerd, maar ook met andere dieren die de reputatie hadden seksueel zeer actief te zijn. In nogal wat processen verschijnt behalve een zwarte kat ook een zwarte haan of een zwarte bok. Met de crazy cat lady van vandaag hebben de heksenprocessen uit de 16e en 17e eeuw niets te maken. De heksenvervolgingen zijn net als de vervolgingen van joden en homoseksuelen gitzwarte pagina’s uit onze geschiedenis.”

In alle heksenprocessen die ik heb bestudeerd, waren de beklaagden gewone en kwetsbare vrouwen die het slachtoffer werden van burenroddels en vrouwelijke vooroordelen.
‘Zat het snor’?

Middeleeuws handboek voor heksenvervolging

Katten werden doorheen de geschiedenis ook het slachtoffer van barbaars volksvermaak. Wat gaat er door je heen als je dat soort gruwelverhalen uit de archieven opdiept? 

“Ik heb ook onderzoek verricht naar wat mensen elkaar in het verleden aandeden: heksen die op de brandstapel stierven, stokoude vrouwtjes die letterlijk werden doodgemarteld, valsemunters die nog in de 18e eeuw werden gekookt. Dus ik kijk niet zo snel meer op van de gruwelijke episodes in het verleden. Wat mij het meest heeft verbaasd, is hoe gewone mensen op het platteland nog tot kort voor de Tweede Wereldoorlog jonge katjes afmaakten alsof het vanzelfsprekend was.”

‘Zat het snor’?

© Rijksmuseum Amsterdam - Honoré Daumier (1841) / Jan Steen (ca. 1660-1679)

Waarom omarmde net de aristocratie de kat in de 17e eeuw?

“Eigenlijk waren het niet in de eerste plaats aristocraten zoals edellieden of mensen van adel die de kat omarmden, maar wel de vertegenwoordigers van de betere burgerij. In mijn boek tracht ik uit te leggen hoe nieuwe opvattingen over de inrichting van het huis en nieuwe ideeën over huiselijke gezelligheid in het voordeel speelden van de huiskat. Dat deze weinig verzorging vroeg, zeer zindelijk was en een ‘air van voornaamheid’ over zich had, paste bovendien perfect in het beeld dat deze welstellende burgers van zichzelf wilden ophangen. Vooral in het Nederland van de 17e eeuw waar de burgerij veel invloed had en ook zeer rijk werd, ging de kat wonderwel passen bij het ideaal van de stille, bedaarde en fatsoenlijke huiselijkheid.”

Dat de kat zeer zindelijk was en een ‘air van voornaamheid’ over zich had, paste perfect in het beeld dat welstellende burgers van zichzelf wilden ophangen.
‘Zat het snor’?

© Rijksmuseum Amsterdam - David Bles (1870)

Je stelt dat katten hard hebben gestreden om aanvaard te worden als huisdieren. Waar situeer je het kantelmoment?

“Het is een lange evolutie geweest die ergens startte in de 17e eeuw, maar het echte kantelmoment situeert zich zo’n vijftig jaar geleden, toen veel mensen meer inkomen en vrije tijd kregen als gevolg van de golden sixties.”

Volgens schrijfster Abigail Tucker (‘the lion in the living room’) heeft de kat de huiskamer veroverd zonder enige tegenprestatie. Wat vind je van haar stelling?

“Ja, haar stelling is dat katten ons hebben getemd. Ze heeft zeker een punt: pas op het ogenblik dat de kat voor ons geen feitelijk nut meer heeft, sluiten mensen, niet alleen bij ons, katten massaal in het hart. We houden geen katten meer voor hun jachtinstinct (we vinden het eerder vervelend wanneer een muis aan de zijdeur of op het terras ligt), voor hun pels of voor hun ingewanden. Maar heeft de kat daarvoor geen enkele tegenprestatie geleverd? Tucker schrijft toch ergens dat de kat zich moeiteloos heeft aangepast aan haar nieuwe habitat, de kleine woning met een binnenpleintje, de flat, de afwezigheid van grote openbare ruimten.”

Pas op het ogenblik dat de kat voor ons geen feitelijk nut meer heeft, sluiten mensen katten massaal in het hart.
‘Zat het snor’?

© Rijksmuseum Amsterdam - Miep de Feijter (ca. 1928-1941)

De kat kreeg onterecht veel kwalijke menselijke eigenschappen toegedicht. Is antropomorfisme bij voorbaat slecht?

“Antropomorfisme of het toekennen van menselijke eigenschappen aan – in dit geval – katten is niet noodzakelijk een slechte zaak. In mijn boek wijs ik erop dat het algemeen aanvaarde antropomorfisme tijdens de middeleeuwen en vroegmoderne periode soms de nadruk legde op menselijke deugden zodat ook een positieve benadering van de kat mogelijk was. Sommige mensen noemden haar in vroegere eeuwen dan ook een slim en vrijheidslievend dier. Maar al bij al viel de nadruk toch vooral op negatieve menselijke eigenschappen zoals wulps, gulzig en vals.”

Wat vond je van de saga rond het katje Lee? 

“Dat een op zich banaal feit midden in de coronatijd zoveel aandacht kreeg, zegt heel veel over de belangrijke positie van de huiskat in onze samenleving. Overigens vond ik de houding van de eigenares van het katje begrijpelijk, maar verkeerd. Een echte dierenvriend riskeert niet het leven van duizenden andere dieren. Al even verkeerd vond ik de radicale houding van het Federaal Voedselagentschap. Waarom werd Lee niet meteen in quarantaine geplaatst?”

Al even verkeerd vond ik de radicale houding van het Federaal Voedselagentschap. Waarom werd Lee niet meteen in quarantaine geplaatst?”
‘Zat het snor’?

© Poes Partout

Krijg je meer feedback van vrouwelijke dan van mannelijke lezers? 

“De feedback is in elk geval groter dan bij mijn ‘normale’ publicaties over mijn vakgebied (nvdr: economische geschiedenis). Ik heb al veel uitsluitend positieve reacties ontvangen van familie, vrienden, collega’s en oud-studenten, maar ook van volslagen onbekenden. Ik heb niet de indruk dat er meer vrouwen dan mannen interesse tonen in mijn boek.”

Denk je dat vrouwen net iets meer affiniteit hebben met katten (dat is alleszins de perceptie) en heb je je boek met hen in het achterhoofd geschreven?

“Moeilijke vraag. Is het omdat een kattenhoofdje met de grote ogen vooraan in de snoet (en niet opzij) op het gezicht van een baby lijkt en daardoor onvermijdelijk en onbewust een beroep doet op het zorgend vermogen van een vrouw? Brengt een vrouw nog steeds meer tijd door in huis en ontwikkelt ze daardoor een sterkere band met haar kat? Apprecieert een vrouw de aard van de kat om rustig en zonder veel misbaar door het leven te gaan? Voelt ze zich op haar gemak bij de discretie en de afwachtende houding van de kat die deze verkiest boven openlijke confrontatie en brutale agressie? Zoals gezegd, een moeilijke vraag voor een historicus. Maar met de hand op het hart, het boek is niet enkel voor dames geschreven en ik had hen ook niet speciaal voor ogen.”

Voelt een vrouw zich op haar gemak bij de discretie en de afwachtende houding van de kat die deze verkiest boven openlijke confrontatie en brutale agressie?
‘Zat het snor’?

Gerard Reve met zijn kat Justine (1968)

Gaan de lezers hun kat anders bekijken na het lezen van jouw boek?

“Misschien wel. Ik hoop vooral dat mensen inzien dat de kat het in de loop van een bewogen geschiedenis niet altijd even makkelijk heeft gehad. Mensen die van oordeel zijn dat de huidige kattengekte overdreven is, krijgen nu het bewijs voorgeschoteld dat het om een vorm van eerherstel gaat.”

Ga je zelf nog een kat in huis halen of adopteren? 

“In huis voorlopig niet. Eenmaal corona achter de rug hoop ik opnieuw veel te reizen, ook voor mijn werk in Italië, en dan is het eenvoudiger dat ik niet telkens iemand moet optrommelen om op de huispoes te passen.”

Mensen die van oordeel zijn dat de huidige kattengekte overdreven is, krijgen nu het bewijs voorgeschoteld dat het om een vorm van eerherstel gaat.
‘Zat het snor’?

© Erik Aerts & Kakelnestje

Waar vind je het boek ‘Zat het Snor’?

 

En jouw gastbijdrage?

Ben jij stiekem gek van katten? Kruip je graag in de pen of maak je leuke foto’s, video’s, gifs of illustraties?

Word Contributor